“Naomi is ziek geweest. Ik heb even getwijfeld of ze morgen wel naar schooltje (psz) kan. Maar als ik haar nu zie verwacht ik haar wel te brengen” Ik sluit mijn app gesprek af “Zie ik je morgen misschien bij school?”. Even later lees ik ietwat verbijsterd op; “Wat ga je morgen doen dan?” Ik voel de grijns waarmee hij word getypt bijna door mijn telefoonscherm heen spatten net nadat een eerste gedachte de revue passeert..